Door al die drukte en bezig zijn met baby zijn, gezellige familie uitjes, eten, kruipen en al dat soort dingen, vergeten we soms dat er ondertussen een broertje bezig is een echte baby te worden. Ik moest er vanochtend aan denken toen ik mama haar buik ineens om het hoekje zag. Zeg maar gerust BUIK, want hij is niet te missen. En haar navel is een soort knopje. Als ik er op druk gaat er een belletje bij m’n broer, denk ik. Als ik dan naar m’n eigen buikje kijk, kan ik me goed voorstellen dat ze voorlopig niet gaat hardlopen. Knap hoor, een baby maken in je buik.
M’n broer is al 21 weken, oftewel, hij is halverwege. Hij ziet er al uit als een jongetje en oefent ook al met gezichten trekken en lachen. Dat heeft hij nodig, want we gaan hem heel veel grapjes vertellen. Ik heb er al één bedacht….
Als hij geboren wordt, gaan we ons verstoppen onder het bed (en bij mama leggen we dan een laken over haar hoofd) en als hij dan verbaast om zich heen kijkt, komen we te voorschijn en roepen we: VERRASSING! Begin er nu al om te lachen. Kan niet wachten!
Ik heb gelezen dat mama gemiddeld 500 gram per week aankomt en m’n broer 60 gram. 500 gram! Dat is een pak suiker per twee weken! Kan me voorstellen dat het ‘nog maar’ 21 weken duurt. Langer en ze zakt door de vloer. M’n broer aan de andere kant, groeit ‘maar’ 60 gram. Dat is dan weer niet veel en dat is maar goed ook. Want hij moet wel in de buik passen hè! Nee, later, als hij er uit is, kan hij groeien als kool.
Op dit moment heeft nog geen haar en kan nog niet echt zien, maar wel horen. Dus moet ik maar wat beginnen praten, dan weet hij wie ik ben….
It wie we in moaie dei.