Deel twee van de vakantie was net zo leuk als deel een.
Waar we dan weer geen foto’s van hebben, maar wel goede herinneringen, is het zwembad van ons vakantiehuisje. Daar moeten we eerst even naar toelopen, maar dan kun je er heerlijk van genieten. 35 centimeter puur waterplezier, dat had ik al gezegd, maar toen we de tweede keer gingen, ben ik zelf ook in het diepe geweest. Met een trillende onderlip, maar op eigen initiatief ging ik met papa mee en die waaide met mijn benen en ik had het gevoel alsof ik meedeed aan een nieuwe Olympische discipline. ‘Speuk’ dus, spannend en leuk. plus ik moest wel want Jay ging ook en ik ben grote broer. Dat schept verwachtingen en tot op een bepaalde hoogte ook verplichtingen dus.
We hebben ook, na een lange rit met veel omwegen en onverwachte wegafzettingen, een wandeling gemaakt naar Kasteel Eltz om er vervolgens achter te komen dat het pas open is vanaf 1 april. Nu ja! En op zich was dat geen probleem, alleen de weg terug was bergopwaarts. Dat is andere koffie en zeker andere koek! Vooral voor mama, want wij zaten in de buggy en papa had zijn zevenmijlslaarzen aan. Gelukkig was de weg terug gevoed met de positieve energie van het plezier van steentjes gooien in het water en lekker croissants bij een uitzicht op een goed kasteel. Dan wordt elke wandeling mild en helling een eitje.
Maar eh, we zijn ook nog naar een kasteel geweest dat wel open was hoor! In Cocham, ook langs de Moezel, alleen was dat een echt nepkasteel. Eerst was er niets, toen hebben ze er in het jaar duizend wat stenen neergelegd, toen hebben ze daar een groot kasteel van gemaakt, dat vervolgens weer is afgebroken door de Fransen (onaardig!), maar toen was er een andere Fransman, die zich schuldig voelde en het in 1860 weer terug heeft opgebouwd. Net echt dus, maar erg mooi!
En ik heb er dikke bovenbenen en stevige kuiten van gekregen, want dat soort kastelen ligt altijd op een hoge berg. En in dit geval met trappen, dus verlies je snel het voorrecht van de buggy als je een kleinere broer hebt…. Een gebaar dat ik graag maak! Mijn buggy stond daar maar te wachten tot ik terugkwam…. Ik heb ondertussen een half mike-de-ridder-avontuur meegemaakt, want heb echte harnassen gezien. OK, ik geef toe dat ik n m’m peuter-puber-fase zit, waar bij het omgekeerde altijd mijn waarheid is. Ja is nee, blij is onblij, en ga=eens-naast-het-harnas-staan-voor-een-leuke-foto is ook niet wat ik ga doen (vandaar het onbillijk gezicht). Later als ik groot ben kan ik papa en mama dan weer kwalijk nemen batik nooit op een foto sta… De contradicties van het leven.
Ik was ook in een recalcitrante bui (en kon er ook niet mee stoppen) en maakte meer lawaai dan anders, wilde niet stilzitten, liep telkens weg of vooruit en wilde overal aan zitten waar ik niet aan mag zitten, zoals 16de eeuwse tafelkleedjes of 17de eeuwse schilderijtjes…. Gelukkig kregen we aan het eind allemaal een gouden munt met chocola er in!
Al met al een goed avontuur, waar ik nu al bijna niets meer van afweet, maar waar ik later als ik 18 ben gelukkig alles over te weten kan komen als ik mijn eigen blog maar lees. Dat geeft ook een gevoel van macht, terwijl ik er bij stil sta, want alles wat ik vandaag schrijf, is waar als ik het dan lees…. Dus als ik zeg dat ik door het toverelixer dat gebrouwen werd in de replica van de middeleeuwse keuken, waar ik via een geheime deur terecht kwam en ik als gevolg daarvan sterker dan de sterkste ridder werd en dus alleen naar beneden kon lopen met Dzjez, mama, papa en de buggy op mijn rug, terwijl ik met mijn vrije hand een boekje van Nijntje lees, dan is dat waar.
Echt waar.
(zo dat is een sterk stukje toekomstmanipulatie)
<> Fantast, die Jayminee.
Wat we ondertussen nog niet gezegd hebben, maar wel is gebeurt, is dat we ook nog naar een hele-hele oude kerk zijn geweest, ook weer op een rots gebouwd, ook weer bij een kasteel dat dicht was. En naast die kerk was een café en daar heb ik een appelsap gedronken en goudvissen gekeken met Jay. We hebben er samen lang naar staan kijken en ook besloten dat je er maar beter niet aan kan zitten. Ze zijn groter dan een mug en dan weet je het maar nooit. Zeker niet als je oranje-rood bent, want dan kan er van alles gebeuren.
Papa is nog gaan fietsen ook. Die dacht “Al dat wandelen is niet genoeg, dus laat ik over een berg heen gaan fietsen” Hij liever dan ik, want als je goed kijkt eindigt hij op de zelfde hoogt als hij begonnen is, Wat is dan het nut? “Langzaam omhoog fietsen, hard naar beneden fietsen” Zegt hij dan.
Er zal op één of andere manier wel een levenswijsheid inzitten….
OK, ik zie dat er al veel geschreven is en dat er nog veel foto’s en filmpjes bij moeten, dus ik sluit af met de befaamde woorden “It wie werk un moaie tiid” en deze keer vanuit het vakantiehuisje (en daar gingen we naar toe, maar eerst moesten we naar de markt en toen naar Amsterdam en het museum en toen pas naar de vakantie! Zo heb ik het buurvrouw Greet ook uitgelegd, want het is belangrijk dat te weten en dat kon alleen maar toen we weer thuis waren en dat is dus ook zo).
Ik heb nog een slotnoot en dat is Mi.
Want ik ben bijna jarig en ik voel me ook zo. Ik denk ook dat de vakantie mijn Jaylastieke benen ook goed heeft gedaan, want ik loop veel beter tussen mijn tuimelingen door (mijn benen moeten er een beetje aan wennen, denk ik). Ik heb dan ook veel gelopen.In ieder geval, ik wordt bijna twee en ga zaterdag een feestje vieren en ik heb er nu al zin in!
It wie wer in moaie dei.